Tot nu toe waren er slechts twee vioolsonates met continuo van Johann Georg Pisendel bekend. Inmiddels zijn er nog eens vijf sonates van deze leerling van Vivaldi en de concertmeester van de beroemde Dresdener Hofkapelle als zijn werken geïdentificeerd en ze worden voor het eerst door Carus uitgegeven. In de 18e eeuw werd hij beschouwd als een van de belangrijkste violisten in Duitsland en gerenommeerde componisten als Vivaldi en Telemann componeerden werken voor hem. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de sonates die Pisendel voor zijn eigen instrument en vaardigheden componeerde, een bijzondere uitdaging vormen voor vertolkers. De eerste publicatie van de Sonate in g mineur bevat varianten die Pisendel in de partituur noteerde en zo een inkijkje biedt in de improvisatorische artisticiteit van zijn tijd.