Dit werk maakt deel uit van een cyclus van vijf korte stukken voor één instrument en piano, gericht op de vijf tijdperken in de kosmogonie van de oude Mexicaanse beschaving. De volkeren van de Mexicaanse hooglanden geloven dat de tijd specifieke cycli volgt en dat de wereld is geschapen volgens het patroon van 'trial and error'. De schepping van de wereld is verdeeld in verschillende perioden, 'zonnen' genoemd (we leven momenteel in de vijfde fase, 'Ollin' genaamd). Elke periode zal eindigen met een natuurramp. Solei-Feu verwijst naar de eerste poging om een wereld te creëren uit een regen van vuur (nahui quiahuitl). Het element vuur wordt weerspiegeld in het muzikale klanklandschap van dit werk, opgebouwd uit woekerende, ritmische motieven, gefragmenteerde splinters, draaiende oplevingen en impacts die door de ruimte galmen. Een intieme dialoog ontwikkelt zich tussen viool en piano op basis van uiterst eenvoudige figuren. Verbonden lijnen en dicht muzikaal materiaal worden tegen elkaar gegooid in een spel van contrasterende registers en gemengde tonale kleuren, waardoor een mysterieus en verontrustend mythologisch universum ontstaat, gekleurd door zijn ontologisch pessimisme. Thierry Pécou. Heel moeilijk.